Lost in Amsterdam: A Boy’s Journey to Find His Way

In this episode, we'll follow the captivating journey of a young boy who gets lost in the bicycle-filled streets of Amsterdam and learns the importance of help and family.

Nl: De zon ging onder in de stad Amsterdam.
En: The sun was setting in the city of Amsterdam.

Nl: Koen, een jongen met rode wangen en nieuwsgierige ogen, stond in het midden van de stad.
En: Koen, a boy with rosy cheeks and curious eyes, stood in the middle of the city.

Nl: Hij keek om zich heen.
En: He looked around.

Nl: Er waren fietsen, heel veel fietsen.
En: There were bicycles, lots of bicycles.

Nl: Hij wist niet waar hij heen moest.
En: He didn't know where to go.

Nl: Koen was verdwaald.
En: Koen was lost.

Nl: Overal waren er fietspaden in Amsterdam.
En: Bicycle paths were everywhere in Amsterdam.

Nl: Het teken van een fiets stond op het pad geverfd, maar Koen besefte het niet.
En: The sign of a bicycle was painted on the path, but Koen didn't realize it.

Nl: Hij dacht dat het een voetgangerspad was.
En: He thought it was a pedestrian path.

Nl: Met grote stappen begon hij te lopen op het fietspad.
En: With big strides, he started walking on the bicycle path.

Nl: Opeens hoorde Koen een bel.
En: Suddenly, Koen heard a bell.

Nl: Het geluid kwam dichterbij.
En: The sound was getting closer.

Nl: Hij keek om en zag een vrouw op een fiets.
En: He looked back and saw a woman on a bicycle.

Nl: Hij sprong opzij.
En: He jumped aside.

Nl: "Dit is een fietspad!
En: "This is a bicycle path!"

Nl: " riep de vrouw.
En: the woman exclaimed.

Nl: Koen schrok.
En: Koen was startled.

Nl: Hij wist niet dat hij op een fietspad stond.
En: He didn't know he was on a bicycle path.

Nl: Toen probeerde Koen zijn weg te vinden tussen de fietsen.
En: Then Koen tried to find his way among the bicycles.

Nl: Het leek op een doolhof.
En: It felt like a maze.

Nl: Hij was in de war.
En: He was confused.

Nl: Waar was zijn vader?
En: Where was his father?

Nl: Hij had hem gezegd om te wachten bij de boom bij het Anne Frank Huis.
En: He had told him to wait by the tree near the Anne Frank House.

Nl: Maar Koen zag de boom nergens.
En: But Koen couldn't see the tree anywhere.

Nl: Plots zag hij een meneer met een uniform.
En: Suddenly, he saw a man in a uniform.

Nl: Het was een politieagent.
En: It was a police officer.

Nl: Koen rende naar hem toe.
En: Koen ran towards him.

Nl: "Ik ben verdwaald," zei hij.
En: "I am lost," he said.

Nl: De politieagent glimlachte.
En: The police officer smiled.

Nl: "Geen zorgen.
En: "Don't worry.

Nl: Ik help je wel," zei de politieagent.
En: I'll help you," the police officer said.

Nl: En samen liepen ze door de stad.
En: And together, they walked through the city.

Nl: Ze vonden de boom bij het Anne Frank Huis.
En: They found the tree near the Anne Frank House.

Nl: Daar stond Koens vader.
En: Koen's father was standing there.

Nl: Hij zag er bezorgd uit.
En: He looked worried.

Nl: Toen hij Koen zag, straalde hij van opluchting.
En: When he saw Koen, relief washed over him.

Nl: "Daar ben je!
En: "There you are!"

Nl: " riep hij en knuffelde Koen.
En: he exclaimed and hugged Koen.

Nl: Koen voelde zich weer veilig.
En: Koen felt safe again.

Nl: Vanaf die dag kende Koen het verschil tussen een fietspad en een voetgangerspad.
En: From that day on, Koen knew the difference between a bicycle path and a pedestrian path.

Nl: En hij was niet langer bang om verdwaald te raken in Amsterdam.
En: And he was no longer afraid of getting lost in Amsterdam.

Nl: Want hij wist dat er altijd mensen waren die hem zouden helpen.
En: Because he knew there were always people who would help him.

Nl: En Koen leefde nog lang en gelukkig in zijn mooie stad Amsterdam.
En: And Koen lived happily ever after in his beautiful city of Amsterdam.