In this episode, we'll explore a heartwarming library encounter where the struggle for breath transforms into a newfound friendship, teaching us the power of empathy and collaboration.
Nl: De oude bibliotheek van de universiteit in Leiden leek wel een museum.
En: The old library of the universiteit in Leiden seemed like a museum.
Nl: Het was herfst en buiten fladderden de bladeren in de koude wind.
En: It was autumn, and outside, the leaves fluttered in the cold wind.
Nl: Binnenin was het stil.
En: Inside, it was quiet.
Nl: De geur van oude boeken vulde de lucht.
En: The scent of old books filled the air.
Nl: Sven zat in een hoek aan een houten tafel.
En: Sven was sitting in a corner at a wooden table.
Nl: Hij was diep in zijn boeken verzonken.
En: He was deeply engrossed in his books.
Nl: Sven was een harde werker.
En: Sven was a hard worker.
Nl: Hij wilde slagen voor zijn examens.
En: He wanted to pass his exams.
Nl: Maar soms was het moeilijk.
En: But sometimes it was difficult.
Nl: Zijn astma maakte het lastig.
En: His asthma made it challenging.
Nl: Hij kon niet altijd goed ademen, vooral als hij gestrest was.
En: He couldn't always breathe well, especially when he was stressed.
Nl: De stoffige planken van de bibliotheek hielpen ook niet mee.
En: The dusty shelves of the library didn't help either.
Nl: Aan de andere kant van de tafel zat Anouk.
En: On the other side of the table sat Anouk.
Nl: Ze bestudeerde Sven.
En: She studied Sven.
Nl: Ze merkte dat hij stil en moe leek.
En: She noticed that he seemed quiet and tired.
Nl: "Hij moet moeite hebben met ademhalen," dacht ze.
En: "He must be having trouble breathing," she thought.
Nl: Anouk kende Sven niet heel goed, maar ze voelde de drang om te helpen.
En: Anouk didn't know Sven very well, but she felt the urge to help.
Nl: Plotseling begon Sven te hoesten.
En: Suddenly, Sven began to cough.
Nl: Hij legde zijn hand op zijn borst.
En: He placed his hand on his chest.
Nl: Zijn ademhaling werd sneller en hij werd bleek.
En: His breathing became faster, and he turned pale.
Nl: Anouk twijfelde geen moment.
En: Anouk didn't hesitate for a moment.
Nl: Ze sprong op en liep naar Sven.
En: She jumped up and walked over to Sven.
Nl: "Gaat het?
En: "Are you okay?"
Nl: " vroeg ze bezorgd.
En: she asked worriedly.
Nl: Sven keek naar haar.
En: Sven looked at her.
Nl: Hij wilde niet zwak lijken.
En: He didn't want to appear weak.
Nl: Maar zijn lichaam deed pijn, en hij kon niet goed denken.
En: But his body hurt, and he couldn't think clearly.
Nl: Hij knikte langzaam.
En: He nodded slowly.
Nl: "Ik.
En: "I...
Nl: ik heb mijn inhalator nodig," fluisterde hij.
En: I need my inhaler," he whispered.
Nl: Anouk hielp Sven naar buiten, weg van de stoffige bibliotheek.
En: Anouk helped Sven outside, away from the dusty library.
Nl: De frisse herfstlucht omarmde hen.
En: The fresh autumn air embraced them.
Nl: Sven haalde diep adem en voelde zich langzaam beter.
En: Sven took a deep breath and slowly started to feel better.
Nl: "Dank je," zei hij zacht.
En: "Thank you," he said softly.
Nl: "Geen probleem," antwoordde Anouk.
En: "No problem," replied Anouk.
Nl: "Je gezondheid is belangrijker dan alles.
En: "Your health is more important than anything."
Nl: "Sven glimlachte zwakjes.
En: Sven smiled weakly.
Nl: Hij zag dat Anouk echt bezorgd was.
En: He saw that Anouk was genuinely concerned.
Nl: Misschien, dacht hij, was het oké om af en toe hulp te accepteren.
En: Maybe, he thought, it was okay to accept help sometimes.
Nl: Misschien hoefde hij het niet allemaal alleen te doen.
En: Maybe he didn't have to do it all alone.
Nl: Ze gingen samen terug naar de bibliotheek, maar nu zaten ze dicht bij het raam, waar de lucht fris was.
En: They went back to the library together, but now they sat close to the window, where the air was fresh.
Nl: Anouk hielp Sven met zijn aantekeningen.
En: Anouk helped Sven with his notes.
Nl: Zij was een grote hulp, en Sven voelde zich opgelucht.
En: She was a great help, and Sven felt relieved.
Nl: Aan het eind van de dag voelde Sven zich dankbaar.
En: At the end of the day, Sven felt grateful.
Nl: Hij had iets geleerd.
En: He had learned something.
Nl: Gezondheid ging voor alles, en samenwerken met anderen was een kracht.
En: Health came before everything, and working with others was a strength.
Nl: Anouk voelde zich ook goed.
En: Anouk also felt good.
Nl: Ze had iemand geholpen en dat gaf haar zelfvertrouwen.
En: She had helped someone, and it gave her confidence.
Nl: Buiten begon het te schemeren.
En: Outside, dusk began to fall.
Nl: De bibliotheek sluimerde zachtjes in het licht van de vroege avond.
En: The library slumbered softly in the light of the early evening.
Nl: Halloween was dichtbij, en de herfstbladeren dansten op de wind.
En: Halloween was near, and the autumn leaves danced on the wind.
Nl: Maar binnen, in de oude bibliotheek, hadden Sven en Anouk iets bijzonders ontdekt: vriendschap en steun.
En: But inside, in the old library, Sven and Anouk had discovered something special: friendship and support.